Wanneer spalken, gipsen of opereren bij een botbreuk aan hand of pols?
Het is februari, dus dat betekent dat we regelmatig periodes van gladheid hebben. Vooral in de periode van december t/m maart zien we bij Xpert Clinics Hand- en polszorg meer botbreuken dan in andere periodes van het jaar. Veel Nederlanders gaan in die tijd op skivakantie. Logischerwijs zit tijdens zo’n sportieve vakantie een ongeluk in een klein hoekje. Elke botbreuk is anders, de geneeskunde is niet zwart-wit. In deze blog legt hand- en polschirurg Guus Vermeulen de verschillende behandelmogelijkheden van botbreuken in hand en pols uit, bijvoorbeeld wanneer je gevallen bent tijdens je skivakantie.
Wel of niet opereren botbreuk hand of pols?
“Vaak krijg ik in mijn spreekkamer een patiënt die een second opinion wil. De vraag is dan of een bepaalde breuk van hand of pols toch niet geopereerd zou moeten worden. Helaas is deze vraag niet altijd even gemakkelijk te beantwoorden. Er spelen veel verschillende factoren mee die bepalen of er, in overleg met de patiënt, uiteindelijk wel of niet gekozen wordt voor een operatieve behandeling of een conservatieve behandeling. In dit laatste geval wordt niet geopereerd, er wordt dan gekozen voor een behandeling met een spalk of gips.”
“Enkele belangrijke factoren die dit mede bepalen zijn bijvoorbeeld de stand van de breuk (is de breuk wel of niet veel verplaatst), is het gewricht eromheen beschadigd, is een breuk heel instabiel (zodat hij na ‘het zetten’ van de breuk weer gemakkelijk inzakt) en natuurlijk patiëntkenmerken (leeftijd, werk, hobby’s, sport etc.). Ik leg mijn patiënten altijd uit dat de geneeskunde niet zwart wit is, maar grijs. Daardoor kan je bij hetzelfde type breuk bij de ene patiënt kiezen voor een spalk en bij de andere patiënt met precies dezelfde breuk juist kiezen voor een operatie.”
Juiste behandeling botbreuk hand of pols
“Hoe kies je nou welke behandeling de juiste is voor een botbreuk aan hand of pols? Röntgenfoto’s zijn een belangrijke basis in de beoordeling van de stand van een breuk, maar soms is er meer detail nodig in de vorm van een CT-scan of MRI. Hiermee kunnen breuken worden opgespoord die op een ‘gewone’ röntgenfoto niet goed zichtbaar zijn. Ook zijn breuken die het gewricht of de gewrichtsbanden eromheen hebben beschadigd beter in kaart te brengen.”
“De eerste 2 à 3 weken na een breuk zijn heel belangrijk, omdat de breuk dan nog niet is vastgegroeid. Je hebt dan nog alle mogelijkheden van behandelingen (met een spalk of toch een operatie). Er is dus over het algemeen na een breuk genoeg tijd om goed na te denken of er wel of geen operatie nodig is om goed te herstellen. Als na 2 a 3 weken het bot begint vast te groeien zijn de keuzes vaak beperkter. Radiologisch onderzoek laat zien hoe de breuk staat en of hij verplaatst is, ook zegt de locatie van de breuk iets over de stabiliteit van een breuk.”
Kansberekening bij botbreuken: wel of niet opereren
“Ik leg mijn patiënten altijd uit dat het bij botbreuken eigenlijk gaat om een kansberekening. Wat is de kans op problemen van pijn of functieverlies wanneer de botbreuk met een spalk zou worden behandeld? Je kunt je voorstellen dat hoe meer de breuk verplaatst is, hoe groter de kans op beschadigingen van de gewrichten eromheen is. Of als de breuk zeer instabiel is, dat de kans groter is dat er na de genezing problemen kunnen ontstaan. Dus wanneer de complicatiekans bij een bepaalde breuk op korte of langere termijn met een operatie lager is dan wanneer je voor een spalk/gipsbehandeling zou kiezen, kies je logischerwijs voor een operatie.”
“Soms denken patiënten dat iedere breuk altijd helemaal 100% goed moet staan, omdat het anders tot problemen zal leiden. Gelukkig is dat niet zo, het lichaam kan best kleine botstandsveranderingen na een breuk hebben, zonder dat het tot een verminderde functie leidt.”
Opereren of niet bij botbreuken hand of pols: beide opties zijn mogelijk
“In het algemeen zijn er dus heel veel breuken die heel goed met een gips of spalk kunnen genezen, echter in sommige gevallen is het nodig een operatie uit te voeren om de breuk weer in de goede positie te zetten en te fixeren. Dit kan met bijvoorbeeld een plaat en schroeven. Het grote voordeel van zo’n fixatie is dat de patiënt vrijwel direct kan gaan oefenen met de handtherapeuten om zo sneller in beweging te komen en littekenweefsel minder de kans te geven de hand of pols stijf te maken.”
“Belangrijk is dus, wanneer je een botbreuk hebt in hand of pols, dat je naar een deskundige hand- en polschirurg gaat die veel ervaring heeft met spalk/gips behandelingen en ook goed weet wanneer een operatie een grotere kans geeft op een betere genezing. Een goede voorlichting om samen met de patiënt tot de beste keuze te komen is belangrijk. Tot slot zou in alle gevallen handfysiotherapie een onmisbaar onderdeel moeten zijn van het revalidatietraject.”
Dr. Guus M. Vermeulen
Hand- en polschirurg
Xpert Clinics Hand- en polszorg